Op 2 april 1979 zag de Europese Vogelrichtlijn het licht. Volgens die richtlijn moeten alle lidstaten zones afbakenen waar ze beschermde vogels in stand houden. Verspreid over Vlaanderen vind je Vogelrichtlijngebieden: van het Zwin tot de Mechelse heide. Ook veel projectgebieden van het Sigmaplan vallen onder de Vogelrichtlijn.
Projectcoördinator Lieven Nachtergale van Natuur en Bos van de Vlaamse overheid: “Met het Sigmaplan willen we in de eerste plaats Vlaanderen beter beschermen tegen overstromingen van de Schelde en haar zijrivieren. Maar tegelijk herstellen we zeldzame riviernatuur – het leefgebied van tal van kwetsbare vogels. De Vogelrichtlijn was dan ook een handige kapstok om het Sigmaplan aan op te hangen.”
De projectgebieden van het Sigmaplan bevinden zich langs de Schelde en haar zijrivieren. Voor een aantal vogelsoorten is die regio ook een van hun belangrijkste leefgebieden. “Speciaal voor die soorten werd onderzocht wat ze extra nodig hebben om tot robuuste populaties te kunnen komen. Welke vogels gebruiken deze gebieden als broedgebied, doortrekgebied of overwinteringsgebied? Vervolgens stelden we een tweede belangrijke vraag: vanaf wanneer kan je zeggen dat die gebieden voldoen als leefgebied? Dat hebben we vastgelegd: als de populaties die daar leven zichzelf in stand kunnen houden, dan hebben we de juiste oppervlakte en natuurkwaliteit.”
Keten van natuurgebieden
In de Sigmagebieden richten we de natuur opnieuw in om de ideale thuis te creëren voor beschermde of bedreigde vogels. Nachtergale: “Eerst hebben we een aantal kerngebieden uitgebouwd: een stukje in Kruibeke, in het grensgebied, rond de Durme … Heel versnipperd dus. Vervolgens zijn we die gebieden stapsgewijs groter beginnen te maken en aan elkaar beginnen te linken.”
Vogels beschouwen al die gebieden samen, verbonden door een rivier, als één groot leefgebied. “Daarom blijven we dat netwerk versterken. Neem bijvoorbeeld een soort als de lepelaar. Die is op een bepaald moment beginnen te broeden in het uiterste stukje van het Vogelrichtlijngebied in de Antwerpse haven. Naarmate dat de waterkwaliteit van de Schelde verbeterde en er langs de rivier meer slikken- en schorrengebieden werden aangelegd waar vogels voedsel vinden, is de soort dieper landinwaarts getrokken.”