Dijken heb je in allerlei soorten en maten. Aan de kust zie je bijvoorbeeld kale, betonnen constructies, maar in de Sigmagebieden kiezen we voor een groene dijk, waar gras en struikgewas uit opschieten. Hoe we zo’n dijk maken? Lees het hier!

De dijken in en rond de Sigmagebieden worden telkens volgens hetzelfde stramien opgebouwd. Hoogte en samenstelling kunnen wel verschillen, afhankelijk van het type dijk. Zo maken we een onderscheid tussen een overloopdijk en een afscheidingsdijk of ringdijk. Een overloopdijk ligt vlak naast de rivier. Water uit de rivier stroomt over de dijk het overstromingsgebied binnen. Een ringdijk is hoger en omvat het hele overstromingsgebied. Hij beschermt het landschap en de wegen, huizen en andere gebouwen in het achterland.

Stevige kern

Voor we aan een nieuwe dijk kunnen beginnen, verwijderen we de bovenste laag teelaarde. Die vruchtbare grond slaan we op langs het dijktracé. Wanneer we de dijk afwerken, komt die grond goed van pas als toplaag. Elke dijk heeft een solide kern. Die bestaat uit zand en een stevige laag klei, zodat water geen schijn van kans maakt.

Elke dijk heeft een solide kern van zand en klei, zodat water geen schijn van kans maakt

Ingenieus laagje

Een stevige basis hebben we al. Het sleutelingrediënt om de overloopdijk nog robuuster te maken, is gevezeld opensteenasfalt (GOSA). Dat goedje brengen we aan boven op de solide kern. De GOSA-laag bestaat uit een mengsel van steenslag en hars: een goede bescherming tegen slijtage. We werken de dijk af met een laag teelaarde en zaaien opnieuw gras. Zo kleurt de dijk in een mum van tijd groen. Er lopen ook experimenten om de dijken in te zaaien met bloemenmengsels. Daar zullen tal van vlinders en andere insecten van profiteren.

De ringdijk in Hedwige-Prosperproject krijgt vorm.